Hans

Lees hieronder het verhaal van Hans

Luister hier naar het verhaal

Hans – 18 jaar
Woont sinds 3 jaar in Olst

 

Inmiddels ben ik al zo veel verhuisd dat ik me niet per se ergens thuis voel; het gaat mij meer om de connecties die je hebt met mensen

Er loopt een loslopende jonge stier heen en weer op straat. De rest van de kudde rent al loeiend opgewonden door het weiland. Met twee buren en een lokale bewoonster die aan komt rijden uit het dorp Welsum drijven we de stier door het hek terug het grasland in.
Het is een klein voorbeeld van de onuitgesproken vanzelfsprekendheid om je buren de helpende hand te bieden op het platteland.

Vanaf de Olsterveer ga ik op zoek samen met mijn stagiair om een tiener te spreken over het thema thuis.
Met een fascinatie voor opvallende plaatsnamen gaan we op pad naar het buurtschap Duur dat op de digitale landkaart aangegeven staat.

Op een ventweg fietst een jongen diep in gedachten verzonken ons tegemoet.
Wij hebben de auto geparkeerd op een kruispunt bij het informatiebord knooppunt Duursche Enk, wanneer hij ons behulpzaam vraagt of we naar iets op zoek zijn.

‘Een project over thuis? Dat vind ik een interessant onderwerp waar ikzelf ook wel eens over nadenk,’ zegt Hans spontaan wanneer we uitleggen waar we mee bezig zijn. Hij wil er wel even over verder praten.

Hans is geboren in Coevorden en meerdere malen verhuisd.
Sinds drie jaar woont hij met plezier in Olst. Niet in het dorp zelf, maar buitenaf.
Met zijn vader en stiefmoeder, op een erf met twee honden, een koe, wat kippen en vijf schapen. Het is een verbouwde boerderij, waarvan het originele deel – het trappenhuis – uit 1912 komt. De huidige bouw staat er sinds 1955.

De afgelopen jaren heeft Hans meerdere opleidingen geprobeerd, de bakkersopleiding en de timmerschool, omdat hij graag iets met zijn handen wilde doen.
Nu fiets hij nog steeds iedere dag op en neer naar Zwolle om opgeleid te worden tot boekhouder. ‘Niet dat ik het perse heel leuk werk vind, maar ik ben er gewoon goed in,’ vertelt hij inmiddels vanuit de luie stoel in de woonkamer.

De afgelopen vier jaar heeft hij ruim 30.000 kilometer gefietst.
Tweeëndertig weken naar school, vierentwintig kilometer heen en vierentwintig terug, vijf dagen in de week, rekent hij voor.
Het zal niet de enige keer zijn waarbij zijn jonge boekhouders brein tot uiting komt in het gesprek.

Zo fiets hij ruim elf uur en veertig minuten van en naar school iedere week. ‘Het geeft mij de tijd om door de dag heen te gaan en daarop te reflecteren,’ vertelt hij.

‘Inmiddels ben ik al zo veel verhuisd dat ik me niet perse ergens thuis voel, het gaat mij meer om de connecties die je hebt met mensen. En dat gaat hier in een dorp en buitenaf denk ik toch makkelijker dan in een grote stad, dat ik meer zie als een fabriek,’ zegt Hans, ‘daar hebben mensen haast en rijden liever nog even door rood. In een dorp gaat het om de verbinding, het gaat om elkaar.’

Zo groet hij iedere dag met een luide roep en een handgebaar meneer Slingerland, een boerenvriend die aan de weg woont op weg naar en van school. Die begroeting is betekenisvol en belangrijk voor hem.
Zijn vader, die ook boer is geweest, heeft meneer Slingerland onlangs geholpen met ploegen. ‘Dat is wat mensen op het platteland voor elkaar doen,’ legt Hans uit.

Hij heeft drie zussen en twee broers. Hijzelf is de jongste en staat op het punt om nogmaals oom te worden van het verwachtte kindje van zijn broer.
‘Bij familie voel ik mij ook thuis,’ vertelt hij, een ander belangrijk onderdeel van het concept thuis voor Hans.

Toen zijn vader en stiefmoeder drie jaar geleden hier in het buitengebied van Olst het huis betrokken ging zijn vader op de knie om zijn stiefmoeder ten huwelijk te vragen. ‘Dat vond ik toch wel een mooie inwijding van deze nieuwe plek,’ vertelt hij met zichtbare trots.

Wanneer we kennis hebben gemaakt met de koe, de schapen en de kippen en buiten op de oprit nog even staan na te kletsen, staan de honden aan de andere kant van het gespannen stroomdraadje nieuwsgierig toe te kijken.
‘Ik kan veel van hem leren hoe comfortabel hij is om zichzelf te blijven,’ complimenteert vader Theo zijn zoon.

‘Kijk,’ vult Hans aan, ‘dat is waar we het over hadden, ik wil een voorbeeld zijn voor mensen en een positieve indruk achterlaten. Dat is wat ik als toekomst zie.

– Verhaal opgeschreven door Michael Rhebergen –

Terug naar het overzicht